Cindy GeldermanNieuws

“Wat zou je doen met één miljoen?” Die vraag werd me vorige week gesteld. Bedoelt als grap, maar het zette me wel aan het denken. Een miljoen te besteden, ten gunste van jouw werkgebied. Wat zou jij doen?

De vraag werd me gesteld door Ton Vermeulen, tijdens een interview over de Landelijke Data Alliantie (LDA), de waarde van onderzoek in ons advieswerk en mijn betrokkenheid bij de herziening van de landelijke R&T Standaard. En ineens, bij wijze van grap, was daar de vraag wat ik zou doen als ik één miljoen euro te besteden had. Het liefst zou ik wereldproblemen ermee oplossen, maar dat was niet de vraag.

Ik moest het antwoord schuldig blijven, maar de vraag bleef rondzingen in mijn hoofd. Wat zou ik doen? We weten al aardig veel over toerisme in Nederland, op landelijk niveau, en ook over provincies is steeds meer bekend. Lokaal ontbreekt het echter bij veel gemeenten aan basisinformatie (en tijd!) over vraag en aanbod op gebiedsniveau: wie zijn de ondernemers in een gemeente, die zorgen dat er iets te doen is, dat je er kunt overnachten? Hoe gaat het met ze, wat is hun bezetting? Wie zijn hun bezoekers? En waarom?

Waarom is die informatie zo relevant? Ik merk steeds meer dat de landelijke of provinciale cijfers te weinig zeggen voor onze opdrachtgevers. Ze voelen zich niet ‘een’ met de provincie en de landelijke toerismecijfers staan te ver van ze af. En lokaal ontbreekt het aan het structureel en uniform bijhouden van data. Dat is zonde, want waar stuur je dan op?

Onderbuikgevoel zegt veel, maar niet alles. Juist op lokaal niveau worden belangrijke beleidskeuzes gemaakt over recreatie en toerisme. Juist daar zijn ondernemers actief. En is het dus interessant om te weten, wat jouw gemeente of toeristische regio ‘doet’ in die miljoenen gasten die Nederland jaarlijks ontvangt. Als je die informatie hebt, kun je je eigen werkgebied vergelijken met buurregio’s of landelijke data, een positionering kiezen, toerisme inpassen in (omgevings)beleid, enzovoort.

Het leuke is dat ik me daar juist dagelijks mee bezig houd: data die wél voorhanden is in beeld brengen, kennishiaten opvullen met aanvullend onderzoek, en betekenis geven aan de uitkomsten. Dat geeft voldoening, maar het paradoxale is ook dat ik zo’n leuke baan heb, omdát vaak onbekend is hoe waardevol de sector is, omdát er weinig geïnvesteerd wordt in de lokale kennisinfrastructuur.

Dus Ton: als je dit leest: ik weet het hoor! Hoe mooi zou het zijn, als er serieuze aandacht komt voor toerisme op lokaal niveau, met dito aandacht voor de lokale kennisinfrastructuur, zodat we gezamenlijk het toeristische aanbod structureel in kaart kunnen brengen en overnachtingscijfers gaan monitoren. In een ideaalsituatie komt dat bij elkaar in één database voor Nederland, gevuld met lokale data van alle gemeenten. Met één miljoen moet dat best haalbaar zijn. Maar het begint toch echt lokaal. Zodat de landelijke data nog meer relevantie krijgen, ook voor (kleine) gemeenten en regio’s. Kortom: met één miljoen, zou ik nog meer van mijn werk willen doen.

Auteurs

Cindy Gelderman ruimte vrije tijd toerisme onderzoek recreatie advies

Praktisch ingestelde analyticus die de weg kent in toeristisch onderzoek.

Neem contact op