Je weet maar nooit wie je weer tegenkomt…
16 jaar was ik toen ik met veel plezier begon met werken in de horeca op een vakantiepark. Met alle collega’s van de horeca, technische dienst en het recreatieteam was het altijd een gezellige boel. Het toeval wilde dat ik tijdens mijn eerste bijeenkomst van Jong Recron, ongeveer 6 jaar later, een bestuurslid herkende als één van de jongens van de technische dienst van die tijd. Hij was, net als ik, in de verblijfsrecreatie blijven hangen. Inmiddels heeft hij, samen met zijn vriendin (die hij leerde kennen via het bovengenoemde recreatieteam), een camping overgenomen in Duitsland.
De namen van de gasten waren niet bekend
Tijdens mijn vakantie stond ik bij mijn oud-collega een paar dagen op de camping. De camping die zij hebben overgenomen was in eigendom van de gemeente en verpacht, maar er werd weinig mee gedaan; er was (veel) achterstallig onderhoud, zeer gedateerd sanitair en een slecht onderhouden café dat tot 4u ’s nachts open was en er was geen sprake van een actieve ondernemer of überhaupt beheer. Bij de overname werden zelfs de gegevens van de vaste gasten niet overgedragen. De namen van de gasten op de camping waren dus niet eens bekend.
Inmiddels draaien mijn oud-collega en zijn vriendin nu bijna drie seizoenen op deze camping. Het onderhoud is weer op orde, er is nieuw sanitair geplaatst, de horeca is opgeknapt en draait geen nachtdiensten meer. Er zijn glamping tenten in de verhuur en, jawel, er is overzicht van wie er aanwezig zijn op de camping. Ook is er goed contact met de lokale overheid en zijn er plannen voor uitbreiding.
Bedrijfsopvolging verdient aandacht
De moraal van dit verhaal: bedrijfsopvolging is belangrijk en verdient aandacht. Natuurlijk is het een prachtig verhaal over hoe een jong en ambitieus ondernemersstel een verwaarloosde camping gestaag omtoveren tot hun perfecte camping. Maar er bekruipt mij tegelijkertijd ook een andere gedachte: wat als zij niet een verwaarloosde camping hadden overgenomen, maar er net iets meer aandacht was geweest voor de basis: zicht op de eigenaren van de caravans en dat de horeca niet werd gebruikt als kroeg tot 4 uur ‘s nachts. Al was het maar minimaal onderhoud aan het sanitair en andere voorziening. Dan waren ze niet met een 0-1 achterstand begonnen en wie weet hoe de camping er dan uit had gezien.
Tijdens mijn bestuursperiode bij Jong Recron vroegen we vaak aandacht voor bedrijfsopvolging. Met onderzoek toonden we aan dat de huidige groep camping-eigenaren in een rap tempo vergrijst en dat een groot deel van de oudere eigenaren nog niet heeft nagedacht over bedrijfsopvolging. Tegelijkertijd neemt de animo van jonge ondernemers af om de camping over te nemen en is het in deze tijd onmogelijk om een overname zelfstandig te financieren.
Wat gaat er gebeuren met de campings waarvan de ondernemers geen plannen hebben om de camping over te dragen? Verwaarlozen deze ook? Weten we dan ook niet meer wie er verblijven? Verkopen we alles aan de Franse investeerders die nu al campings opkopen? Bedrijfsopvolging zou in de nabije toekomst zomaar eens een speerpunt kunnen worden.
Het gesprek aangaan? Neem contact op met Martijn Huijgen.